![background image](https://i.helpdoc.net/Nokia C5 06/nl/Nokia C5 06_nl086.png)
WLAN-verbindingen
Als u WLAN-verbinding (draadloos LAN) wilt gebruiken, moet u een
internettoegangspunt voor WLAN maken. Gebruik het toegangspunt voor toepassingen
die verbinding met internet moeten hebben.
Er wordt een WLAN-verbinding tot stand gebracht als u een gegevensverbinding maakt
met een internettoegangspunt voor een WLAN. De actieve WLAN-verbinding wordt
verbroken als u de gegevensverbinding verbreekt.
U kunt een WLAN gebruiken tijdens een gesprek of wanneer pakketgegevens actief zijn.
U kunt met maximaal één WLAN-toegangspunt tegelijkertijd verbinding hebben, maar
verschillende toepassingen kunnen hetzelfde internettoegangspunt gebruiken.
Als het offline profiel is ingesteld voor het apparaat, kunt nog steeds een WLAN
gebruiken (indien beschikbaar). Zorg ervoor dat u voldoet aan de veiligheidseisen
wanneer u een WLAN-verbinding tot stand brengt en gebruikt.
86 Connectiviteit
![background image](https://i.helpdoc.net/Nokia C5 06/nl/Nokia C5 06_nl087.png)
Tip: Als u het unieke MAC-adres (Media Access Control) voor het apparaat wilt
controleren, opent u de kiesfunctie en typt u *#62209526# .